Dag 24 en dag 25 - 8 en 9 oktober 2010 - Reisverslag uit Pontevedra, Spanje van Tineke en Tom Kauffman - WaarBenJij.nu Dag 24 en dag 25 - 8 en 9 oktober 2010 - Reisverslag uit Pontevedra, Spanje van Tineke en Tom Kauffman - WaarBenJij.nu

Dag 24 en dag 25 - 8 en 9 oktober 2010

Door: Tom

Blijf op de hoogte en volg Tineke en Tom

09 Oktober 2013 | Spanje, Pontevedra

8 oktober 2010
Tui – Redondela 31 km.
Overnachting: albergue in Redondela

Ik sta weer eens op een voetbalveld als actief speler, wanneer een hoge bal op twee meter afstand langs mij komt. Met alle macht spring ik op om hem te koppen en…….. val uit mijn bed. Binnen enkele seconden lig ik weer met slaapzak en al terug in mijn bed, mompel ‘sorry’ naar mijn Koreaanse
buurvrouw en slaap weer in. Dit incidentje ben ik eigenlijk alweer snel vergeten en we staan vroeg op, wandelen de nog donkere ochtend in om half acht en worden om kwart voor acht een goede reis gewenst door een tegeltableautje en een aantal schelpen, met nog 114 kilometer te gaan. Nog steeds donker en al zoveel te zien en te beleven: een wasplaats, de tweede al in Tui, een Middeleeuwse brug, Ponte da Veiga over de Rio Louro, die we rechts laten liggen. Tegen negen uur bevinden wij ons in een bos en is het nog steeds vrij donker, als we San Telmo’s Kruis en brug, de Ponte das Febres, passeren. Het is zwaar bewolkt en de eerste regen begint te vallen. Bij een restaurant aan de rand van het bos en het plaatsje Orbenlle is een overkapping met banken en tafels en kunnen we aan de koffie. Langzamerhand strijken de doorweekte pelgrims aller landen naast ons neer. De regen valt met bakken neer en mijn fototoestel krijgt zijn eigen regenjasje aan. We pakken de boel nog eens goed in en zullen weer op pad moeten. Als het even wat minder regent, gaan we een saaie en drukke weg op, de N550, door een industriegebied, waar geen einde aan komt. We kunnen het grootste deel over het onverharde pad langs de weg lopen, maar zien niet meer dan enkele meters voor ons. Het verkeer doet de waterplassen meters hoog opspatten.
Bij een voetgangersbrug over de spoorrails kunnen we eindelijk de N550 af en een dorp in, waar de routepaaltjes weer aftellen naar nul, in Santiago. In een grote plaats hebben we een sandwich en thee en vragen de ober welke plaats dit is.
“O Porrino”, zegt hij, “Mos is één kilometer verder en Redondela is nog zeventien.”
Vreemd, want volgens mijn provisorische informatie ligt Mos vier kilometer van O Porrino en Redondela ongeveer vijftien. We zitten met een doorweekte blouse en korte broek onder de tochtige arcade en bestellen nog maar een potje thee, terwijl de regen werkelijk van geen ophouden weet. Iedereen, die voor ons vertrok, hebben we ingehaald. Johnny Walker is de groep
kennelijk een beetje zat en ‘gaat er even tussenuit naar een Keltisch plaatsje richting de kust’. Daar weten we het fijne niet van. Vince en Meg hebben het moeilijk met deze afstand en dit weer. Ze wisten vanmorgen nog niet wat te doen vandaag. Misschien nemen ze een taxi en/of een hotel. We zien hen
de hele dag niet. Vanaf de volgende stop lopen we met z’n achten: de drie meisjes, Nino, Alec, Gaëtan en wij. De regen is ongekend en vrijwel alles is nat, behalve wat in plastic zit, ondanks de poncho. De meisjes lopen niettemin vrolijk te zingen en door de plassen te stampen. Op vier kilometer
voor het einde lopen wij voorop en de rest loopt even verkeerd, zodat zij later aankomen in de albergue van Redondela.
De albergue is fantastisch, maar de slaapruimte is voor vierenvijftig stapelbedden wat aan de kleine kant. Daarentegen is de zitruimte met bibliotheek en de keuken in verhouding enorm. De bedden staan zeer dicht op elkaar en er is nauwelijks ruimte genoeg voor alle natte spullen, dus er kan niets gedroogd worden. Natuurlijk liggen de Spanjaarden al te slapen. Hun spullen liggen en hangen overal, zodat er weinig ruimte overblijft. En de Spanjaarden lijken wel helemaal geen natte spullen te hebben. Hoe doen ze dat toch met een hele dag regen?
Op een gegeven moment is de albergue vol, terwijl er nog steeds mensen binnenkomen. Sommigen gaan weg, anderen blijven staan, terwijl de hospitalero (gastvrouw) druk bezig is te regelen.
We gaan eten in een restaurant, terwijl nog steeds de regen op de camino valt. De problemen rond het bestellen van voedsel in een lawaaierig restaurant, waar de tv nog bovenuit brult, worden moeiteloos opgelost door Alec, die alle mediterrane talen spreekt. De menu’s zitten ingewikkeld in
elkaar. Neem je van alle nummers iets? Of is één nummer al een voor-, hoofd- en nagerecht? We weten het niet en noemen maar iets, wat iedereen meestal door elkaar doet. En na een paar minuten weet hij wat iedereen wil hebben en bestelt alles. Vanavond noemde ik iets van porc loin en Alec wist
genoeg. Ik krijg een bord soep met van alles erin, ook porc loin waarschijnlijk. Dit blijkt echter het voorgerecht. Daarna komt de porc met sla en koffie na. Acht euro per persoon.
Buiten, in de regen, is een bruiloft bezig. Een pasgetrouwd stel komt uit de kerk of het Gemeentehuis en onder tientallen paraplu’s worden de dingen gedaan, die tot het bruiloftsritueel horen: duiven, rijst en boeketjes vliegen door de lucht, waarna het gezelschap zich in colonne, allemaal met een rode
paraplu, verwijderd.
We gaan terug naar de zeer drukke albergue, waar het een kabaal van jewelste is en de Spanjaarden de boventoon voeren. Er worden ook telefonische reserveringen gemaakt of geprobeerd te krijgen voor de volgende albergue. Spanjaarden en Camino, dat gaat slecht samen, ze spelen vals, vooral in vakantietijd en weekends. De albergue van morgen is kleiner dan die van vandaag, dus er komt weer een race tegen de klok. Maar niet voor ons. Wij doen daar niet aan mee en zien wel wat de dag van
morgen ons brengt.
Dat ik afgelopen nacht uit mijn bed ben gerold houdt mij toch wel bezig. Hoe is het mogelijk? En hoe kwam ik weer zo snel in mijn bed met mijn slaapzak om mijn lichaam? Op een meter afstand van mij lag een Koreaanse en ik dacht dat zij er wakker van werd. Moet ik haar toch nog eens vragen, als ze
Engels spreekt tenminste. Ze is met een groep Italianen en spreekt volgens mij alleen Italiaans. Hoe langer ik erover nadenk, hoe onwaarschijnlijker het lijkt. Heb ik dit toch gewoon gedroomd? Maar goed.
In de avond zitten we na het eten in de grote zitkamer van de albergue met wat wijn. Tineke vraagt volkomen informatief aan wat zeer luidruchtige Spanjaarden, of men altijd zo luid spreekt. Dat doet de gemoedelijke stemming direct omslaan. Ze denken aan een beschuldiging en zijn niet meer te houden. Ze vatten het verkeerd op en schreeuwen het uit, de ander geen enkele kans gevend iets te zeggen. Alec wil de zaak in hun taal oplossen, omdat de vraag duidelijk vriendschappelijk bedoeld was, maar dat helpt niet. De zaak dreigt uit de hand te lopen. Wij staken de strijd en gaan naar de
overvolle, pikdonkere slaapzaal, waaruit het gesnurk al luid opklinkt. Dezelfde Spanjaarden slapen naast, onder en boven ons en volgen ons om ook maar te gaan slapen. De rust keert terug, maar de eerste uren slaap ik niet. Het is warm, benauwd, zweterig en die kerel boven mij is zeer onrustig.

9 oktober 2010
Redondela – Pontevedra 18 km.
Overnachting: albergue Pontevedra

Om vijf uur loopt de eerste wekker af. Er is een wandeling te doen van achttien kilometer, maar voor velen is er reden genoeg om op dit tijdstip op te staan. Gefluister gaat over in gelach, geritsel wordt gerommel, lichtjes van telefoons worden zaklantaarns en om zes uur doet één van hen het licht aan.
Iedereen is wakker en ze nemen alle licht, lucht en bewegingsruimte weg voor een ander. Pas om zeven uur zijn ze klaar, waarna de meesten weer terugkomen voor een inspectie naar achtergebleven spullen. Dan, vanaf zeven uur, mogen wij, die al klaarwakker zijn. Alsof de grote vogels gegeten
hebben en de kleine vogeltjes de restjes mogen oppikken. Maar we doen rustig onze dingen en verlaten het gebouw om acht uur.
Het is nog donker en we moeten soms zoeken naar de pijlen. Wasplaatsen, mooie bruggen, een park, natuur, het is er allemaal en de dag verloopt fijn als we met ons groepje koffie drinken in een pastelaria. Gaëtan de Belg is afgehaakt. Hij loopt liever alleen of kan het tempo niet bijhouden. Het is
een wandelingetje van niks naar Pontevedra, maar er is hier prachtige natuur en we gaan door mooie oude dorpjes en het is eindelijk, na ook nog regen in de afgelopen nacht, weer droog.
Wij zijn La Familia, The Family en ’s middags kunnen we in de plaatselijke albergue nog makkelijk terecht. Er schijnen geen vervelende mensen van gisteren te zijn. We drinken een biertje, eten tapas en praten voornamelijk Engels en mengen daar wat Spaans en Frans doorheen. Later in de middag
komen de vier Italianen en de Koreaanse nog aangestruikeld. Ik vraag haar naar de val uit mijn bed en ze bevestigt, dat het echt zo was en dat ik ook weer erg snel in mijn bed terug was. Ik lijk het te hebben gedroomd, maar het moet dus waar zijn.
We gaan de stad in met de bedoeling wat te eten. De restaurants zijn echter nog niet open en we hebben geen zin daar nog lang op te wachten. De chefs kopen wat eenvoudige waren, waarvan ze een zeer smakelijke macaroni maken. We gaan vanavond laat slapen en in de ochtend herhaalt zich toch weer het tafereel van gisteren.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Tineke en Tom

Actief sinds 15 Maart 2009
Verslag gelezen: 262
Totaal aantal bezoekers 105726

Voorgaande reizen:

14 Mei 2013 - 16 Juni 2013

Camino Ignaciano (Zumarraga - Montserrat)

15 September 2010 - 13 Oktober 2010

MIND YOUR STEP OP DE CAMINO PORTUGUES

19 April 2009 - 19 Augustus 2009

A Camino van Nieuw-Vennep naar Santiago.

01 September 2003 - 01 September 2008

GR5 van Maastricht naar Malbuisson

Landen bezocht: